Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Izak riep Jakob, en [1]zegende hem; en gebood hem, en zeide tot hem: Neem geen vrouw van de dochteren van Kanaan. 1. Dat is, den zegen, dien hij onwetend tevoren gegeven had, heeft hij nu wetens en willens, meer verlicht zijnde, bevestigd; wensende Jakob tevens geluk op zijn reis, gelijk Joz.22:7.